Hier is Liesbeth van Bemmel - Die terug naar de natuur ging met een voedselbos

BENTHUIZEN - De gemeente Alphen aan den Rijn is rijk aan gewone mensen die bijzondere dingen doen voor anderen. Zij zijn vrijwilliger bij een club, een stichting of zetten zich in voor een goed doel. Het zijn deze mensen die Alphenaren met elkaar verbinden. “Hier is ALPHEN” zet tweewekelijks een mooi mens in de spotlights.

In Benthuizen is een 1,2 hectare groot voedselbos te vinden. Het bos is aangelegd door Liesbeth van Bemmel en haar man Eric Peterse.

Haar moeder nam Liesbeth als kind vaak mee naar het bos om bramen en bessen te plukken. De boom – een berk – die haar ouders in hun tuin plantten, volgde zij jarenlang in zijn groeien. En als kind was ze altijd buiten. Liesbeth van Bemmel (57) had altijd al interesse in de natuur. “Mijn moeder komt uit Amsterdam, maar had die interesse ook. Zij had een huisje in het Amsterdamse bos en had altijd een tuin.”

Buitenspelen

Als kind vond Liesbeth het al zo bijzonder dat, wanneer zij in het bos was, je daar iets kon oogsten om te eten. “Ik wilde weten waar, wanneer en hoe alles groeide. Regelmatig gingen wij naar landgoed De Horsten (in Wassenaar, red.). Laarzen aan, goed beschermende kleren en dan naar plekken waar niemand kwam. En als we thuis waren, speelde ik veel buiten. Hutten en vlotten bouwen, in bomen klimmen. Ik vind het erg dat kinderen nu soms alleen maar binnen zitten: Neem ze mee naar buiten. Of stuur ze naar buiten, er is altijd wat te doen en te beleven.”

Liesbeth en Eric woonden prima in de binnenstad van Leiden. “En vanuit Leiden konden wij de natuur opzoeken. Maar toen we op een gegeven moment op een zondag naar het bos gingen en het daar een file aan mensen was, wist ik dat ik iets anders wilde.”

Drukke baan

Ze had een drukke baan, zat veel op kantoor, in de auto en in het vliegtuig en miste de natuur opeens enorm. “En ik merkte dat het ongezond voor me was. Ik had veel hoofdpijn en fysieke klachten. De natuur was gewoon te ver weg.” Een tochtje in een kano bij “t Geertje in Zoeterwoude zorgde voor een nog groter verlangen naar de natuur. “We zagen een man met een bootje aanmeren bij zijn huisje. “Zo kun je ook thuiskomen”, dacht ik. Maar ik twijfelde of ik zo kon wonen, ik was zo geworteld in de stad.”

De drukte in de stad, het jezelf afsluiten voor anderen, eigenlijk paste dat niet bij Liesbeth. “Ik sta erg open voor mensen, wil dat contact. We besloten op zoek te gaan naar een woning met een grote tuin.” Na een zoektocht van anderhalf jaar vonden Liesbeth en Erik een rijtjeshuis in Benthuizen. Met een tuin van 1000 m2 en een weiland van 2 hectare dat verhuurd was aan een schapenboer. “Ik wist het al toen ik de straat inreed. Die stilte, de ruimte.”

Gezondheidsklachten

Van de grote tuin bij hun huis maakten Liesbeth en Eric een moestuin. Ondertussen las Liesbeth veel over eetbare bomen en planten en zij bezocht voedselbosprojecten, nog steeds aan het werk als senior beleidsadviseur. “Maar ik kreeg steeds meer gezondheidsklachten. En ik vond het heel moeilijk om te zien dat het fout ging met de wereld. Ik vroeg mij steeds meer af: Kan ik hier niets aan doen? Land gaan verbouwen waarbij de biodiversiteit toeneemt. Met het doel natuur op te bouwen waarvan je kunt oogsten. Zonder kunstmest en bestrijdingsmiddelen. Waar een boom zo groot kan worden als hij wil. Hoe mooi zou het zijn dat je de natuur in zijn natuurlijke vorm kan laten?”

En zo gebeurde. Liesbeth kon het schapenweiland ruilen voor een weiland naast hun tuin en in 2017 plantte zij de eerste boom. “Alles wat ik geleerd had door te lezen en door trainingen over permacultuur en voedselbossen te volgen, gebruikte ik voor de opbouw van een voedselbos.”

Dat was niet makkelijk. “Ontwerpen is een vak apart. Plantenkennis is ingewikkeld en vraagt veel training. Maar je moet ook alles op juridisch en organisatorisch vlak regelen, de financiën, subsidies. Gelukkig kon ik daarvoor bogen op mijn achtergrond.”

Liesbeth kon uiteindelijk stoppen met werken, het voedselbos vormt nu haar inkomstenbron. Ze verzorgt er trainingen en pluk- en proefwandelingen. Vrienden zorgen ook voor inkomsten en hebben daarmee toegang tot het bos voor groente, kruiden, noten en fruit. Daarnaast heeft zij praktische hulp van vrijwilligers.

“Wat een rijkdom”

Het was een goede stap, weet Liesbeth inmiddels. “Ik ben veel fitter. Het voedselbos houdt me jong. Ik heb de omslag van welvaart naar welzijn ervaren. De maatschappij is te veel gericht op de economie, maar is de economie belangrijker dan wij? Moeten we niet meer belang hechten aan ecologie? Als ik over het terrein loop, denk ik echt: Jee, wat een rijkdom.”

Wie het voedselbos wil bezoeken, kan Vriend worden of een activiteit boeken. Informatie hierover staat op www.voedselbosbenthuizen.nl.